Geboren in de Dominicaanse Republiek verhuisde hij in zijn jeugd met het gezin naar Puerto Rico. Studerend aan de "Antilles Military Academy" werden de eerste tekenen van zijn muzikaal talent zichtbaar. Later, in New York, kwam hij in de schijnwerpers te staan met het fameuze "Tipica 73". Zijn eerste optreden met dat orkest was op woensdag 3 oktober 1977 in The Corso Nightclub om 22.00 uur. Niet bescheiden op de achtergrond in het coro, maar meteen in de schijnwerpers als leadzanger naast Camilo Azuquita.

Na deze vliegende start bracht José Alberto een aantal albums uit die weinig impact hadden. Eerst met het Noche Caliente-project van Louie Ramirez en Isidro Infante deed hij opnieuw van zich horen. Met nummers als "Has nacido libre" en "Atrévete" luidde hij met dit album de romantische salsa in. Eerst in de jaren negentig slaagt hij erin zich als soloartiest te profileren. Een succes dat samenhangt met uitgekiende New Yorkse marketingtechniek. Dat het echter niet alleen een kwestie van marketing is, bewijzen de albums die hij uitbracht nadat hij zich wist los te weken van het RMM-concern. Met een album als "Herido" (RycoLatino, 1999) en recentelijk nog het album "Diferente" (Vivadiscos, 2001) toont hij aan ook zonder de sturende hand van Ralph Mercado bijzondere albums te kunnen afleveren. José Alberto kent het vak en staat zijn mannetje. Kortom, een optreden dat je niet mag missen.