Als je al 30 jaar bezig bent, is dit een onvermijdelijke vraag: hoe is het allemaal begonnen?
We zijn eind 1984, begin 1985 begonnen als een clubje muziekliefhebbers rond O’42. Daar was van 1976 tot 2000 van alles te doen op cultureel gebied en er was een zaal waar je vaak salsa en jazz had. Op een gegeven moment wilden wij het echter wat groter gaan aanpakken. Het uitgangspunt was helder: we wilden improvisatiemuziek vanuit de hele wereld samen met dansmuziek in één festival brengen. Die doelstelling kwam ook naar voren in de oorspronkelijke naam van Music Meeting: Multicultural Dance and Improvised Music Meeting. ‘Multicultural’ was in 1985 natuurlijk nog gewoon een modewoord. ‘Dance and Improvised Music’ omdat we zowel de dansmuziek als de wat meer serieuze luistermuziek aan bod wilden laten komen.
En ‘Meeting’ omdat dat het een ontmoeting moest worden tussen muzikanten onderling én tussen de muzikanten en het publiek. De ambities waren vrij groot. Het moest niet alleen uit de hele wereld komen, maar het moest dan ook nog eens het beste zijn. Kwaliteit stond van meet af aan voorop. Dat was het idee en dat is het eigenlijk nog steeds. Vooral in de eerste 10 jaar was het vooral een collectief gebeuren. We hadden toen ook veel minder geld en minder mogelijkheden dan nu. We zijn gegroeid en steeds professioneler geworden. We hebben nu een directeur, een producer, een pr-man, een bestuur, 200 vrijwilligers en allerlei freelancers die van alles doen. Ik ben alleen maar de programmeur.
Waardoor laat je je leiden bij de programmering?
Ik laat me vooral leiden door de uitgangspunten die ik net heb genoemd. De muziek moet goed zijn, opvallend, introducerend. Zijn ze vaak in Nederland zijn geweest? Zijn ze (zoals Los Van Van) nog nooit bij Music Meeting geweest? Dat kunnen ook criteria zijn. De selectie is een continu proces. Ik ben er eigenlijk voortdurend mee bezig: opletten wie waar speelt, cd-recensies lezen, festivals in het buitenland bezoeken. Uiteindelijk is het vaak een kwestie van beschikbaarheid, vooral voor de groepen die van ver weg komen. Die hebben niet altijd een tournee door Europa in de planning staan. Ik probeer het zoveel mogelijk zelf te sturen, dus we doen zelf ook wel eens een tournee om een bepaalde artiest op Music Meeting te kunnen plaatsen. Toch blijven we ook wel afhankelijk van die beschikbaarheid.
Waardoor onderscheidt Music Meeting zich van andere festivals?
Het voornaamste onderscheidende aspect is eigenlijk dat we zowel bloedserieuze luisterconcerten als heftige dansmuziek in één festival brengen. Daarnaast initiëren we een aantal projecten zelf. Bijvoorbeeld het samenwerkingsverband van vorig jaar tussen de Braziliaan Lenine en de Nederlandse toetsenist Martin Fondse. Dat soort initiatieven zijn ook onderscheidend. Verder hebben we een heel uitgebreid randprogramma, dat wij het verdiepingsprogramma noemen. Zo zijn er interviews met artiesten, vergezeld van korte, akoestische sessies. Ook hebben we een behoorlijk programma voor talentontwikkeling met workshops, workshopbands, master classes op het Conservatorium in Arnhem. De betere amateurs kunnen dus ook van alles doen bij Music Meeting. De muzikanten kunnen zelf aan de slag samen met festivalartiesten.
Wat is je mooiste ervaring?
Soms ben je jarenlang bezig om een artiest naar Nederland te halen, en wil het maar niet lukken. Als het dan plotseling toch lukt, is dat echt heel mooi. Zo is dat bijvoorbeeld gebeurd met NG La Banda, toen ze nog in topvorm waren. Daar was ik al een paar jaar mee bezig geweest en in 1994 stonden ze er dan. En het was een méér dan waanzinnig optreden. Dat was een heel mooie ervaring. Kijk, het punt is: als je genoeg geld hebt, dan kan alles. Dan koop je gewoon in wat je wilt hebben. Maar wij moeten goed uitkijken, dus het is altijd een enorm gepuzzel.
Waar ben je het meest trots op?
Op onze verhuizing van binnen naar buiten. Tot en met 2003 was Music Meeting een binnenfestival in De Vereeniging. In 2004 gingen we voor het eerst naar buiten, naar Park Brakkenstein. Dat was in het begin nogal moeilijk, maar uiteindelijk is het toch heel goed gelukt. En daar ben ik inderdaad wel trots op.
Het weer is dan opeens een belangrijke factor, maar je trekt ook veel meer publiek en dat was toch wel de bedoeling. We bereiken nu veel meer mensen. Het is ook een mooie mix geworden van de festivalsfeer op het buitengedeelte en het beslotene van de grote tent met het hoofdpodium. Daar kunnen zo’n 1200 mensen in, waardoor het toch wat intiemer is dan op een open festivalterrein.
Wat verwacht je van de aankomende 30e editie?
Van alles. Ik hoop dat alle concerten goed gaan en vooral dat de Afro-Latin Night hartstikke druk wordt. Want daar hebben we een mooi programma staan. (met o.a. Los Van Van, Havana D’Primera, Boulpik en Cheikh Lô)
Wat willen jullie verder nog bereiken met Music Meeting?
Alles verandert altijd, maar wij hebben eigenlijk meer een koers dan een echt einddoel. We blijven perfectioneren, maar ondertussen blijven we gewoon zoeken naar de beste muziek uit de hele wereld.
|