Maar de muziek waar de mensen vandaag de dag op leren dansen, lijkt op het eerste gezicht weinig met die muziek van Kassav' te maken te hebben. Het zou Zouk-love, de romantische tegenhanger van de up-tempo Zouk-beton zijn. Maar de taal waarin wordt gezongen, is niet meer het Kreools van de Franse Antillen en tevergeefs gaat men op zoek naar het karakteristieke getik van de petit bois, een soort clave, zo kenmerkend voor de muziek uit Guadeloupe en Martinique. Indertijd, rond 1985, veroverde Kassav' de wereld met hun "Zouk la sé sel médikaman nou ni". Maar toen de nieuwigheid er af was en de belangstelling begon te tanen, was het zaadje inmiddels geplant. Nu, bijna twintig jaar later, blijkt het zaadje te zijn gegroeid tot een grote boom met dikke takken. Zoals Salsa in de jaren zeventig een universeel idioom werd voor Spaans sprekende landen, werd Zouk in de jaren negentig een universeel idioom voor vooral Portugees sprekende landen op zowel het Afrikaanse als het Zuid-Amerikaanse continent. En net als bij Salsa waar elke regio zijn eigen karakteristieken in de muziek laat doorklingen, ontstonden naast het oorspronkelijke geluid uit de Franse Antillen Braziliaanse en Afrikaanse varianten. Het blijken vooral deze varianten te zijn die wij vandaag de dag op onze feestjes voorgeschoteld krijgen. In onze zoektocht naar artiesten die deze muziek brengen, belanden wij tot onze verrassing in Rotterdam. Het verhaal aanhorend van Gil Semedo is als een ontdekkingsreis in muziekland.
Het verhaal begint ergens in de jaren zeventig. Na het verkrijgen van onafhankelijkheid verkozen vele Kaapverdianen het buitenland om hun geluk te beproeven. Als zeevaarders kwamen velen van hen terecht in havenstad Rotterdam. Er vormde zich daar een grote Kaapverdiaanse gemeenschap die de eigen gewoontes en gebruiken in ere hield. Wat volgt is eigenlijk het verhaal van de Puertoricaanse gemeenschap in New York. Er groeide een generatie op die met één been in thuisland Kaapverdië staat en met het andere in het land waar ze opgroeien. Nederland dus. En zoals de jonge Puertoricaanse generatie in New York is gaan zoeken naar een synthese tussen de traditionele en actuele geluiden om hen heen, is de jonge Kaapverdiaanse generatie in Rotterdam op zoek gegaan naar hun synthese van die geluiden. Gil blijkt een exponent van die jongere generatie te zijn. Het resultaat van zijn zoektocht heeft het label "Caboswing" gekregen. Zijn teksten gaan niet zoals bij de traditionele Morna's en Coladera's over het verlangen naar een geliefde die ergens over de zeeën zwerft. Zij gaan wel over het wikken en wegen van de jongere, opgroeiend in een koud ver land en die heen en weer wordt geslingerd tussen welvaart en heimwee. Alles heeft zo zijn voors en zijn tegens. En als alle jongeren in zijn positie weet ook hij niet direct te kiezen tussen het één of het ander.
Muzikaal vertaalt zich dit in een fundament van traditionele Kaapverdiaanse ritmes met daaroverheen een bouwwerk van allerlei muzikale invloeden uit een wereldstad. Pop, R&B, Latin, Afrikaans, eigenlijk alles om hem heen en zo dus ook de Zouk. Het uiteindelijke resultaat, zijn Caboswing, blijkt een concept dat voor de jongeren heel herkenbaar is. Niet alleen voor de Rotterdams-Kaapverdiaanse jongeren, maar ook voor die in Parijs, de Verenigde Staten, Afrika en ook voor die op Kaapverdië zelf. De verkoopcijfers van zijn CD's liegen er niet om (inmiddels 8 in totaal) en tijdens zijn vele tournees krijgt hij moeiteloos een voetbalstadion vol.
Wie is Gil Semedo? Zijn wieg stond in Kaapverdië. De vroegste herinneringen van hem gaan over het gepraat van zijn familie na een groot feest. Hun opwinding over de muziek, het dansen en wat er verder allemaal gebeurde vestigde bij Gil de overtuiging dat "het" op feesten gebeurde. Daar moest je zijn om erbij te horen. Zijn ouders emigreerden als zovele Kaapverdianen naar Nederland. Daar leerde hij net als zijn broers en zussen het zingen en dansen door alleen maar te kijken en te luisteren naar allerlei artiesten. Zelfs een moeilijk instrument als de piano kreeg hij zo onder de knie. Op een gegeven moment formeerde hij een eigen band. Halverwege de middelbare school begon hij daar succes mee te krijgen, maar het één ging niet goed samen met het ander. Gil brak zijn opleiding af en koos voor de muziek.
Vervolgens verwierf hij nationale bekendheid als finalist in de Soundmixshow van Hennie Huisman. Dit met een nummer van zijn grote idool Michael Jackson. Het zegt veel over zijn vertrekpunt qua muziek, dans en het showelement van zijn optredens. Maar met de jaren is de interesse voor en waardering van de traditionele Kaapverdiaanse muziek gekomen. Deze interesse is zich gaan vertalen in zijn muziek. Een ontwikkeling die is te volgen op zijn albums. Deze zoektocht naar roots blijkt een hele generatie Kaapverdianen te inspireren.
Maar het is niet alleen zijn zoektocht naar roots die hem als artiest heeft gevormd. Door een ongeluk verloor hij een voet. Een gebeurtenis die het definitieve einde betekende van zijn Michael Jackson-aspiraties. Lange tijd dacht hij namelijk dat het de dans en zijn show was waar de mensen op afkwamen.
Maar ook met aanzienlijk minder dans en show bleven de mensen om hem vragen. Dat deed hem inzien dat het bij hen ging om de muziek en de inhoud van zijn liedjes. Hij verlegde het accent en sindsdien hebben zijn muziek en teksten alleen nog maar aan kracht en inhoud gewonnen. Inmiddels kan hij het goed relativeren: hij heeft weliswaar iets verloren maar het heeft hem wel gemaakt tot de persoon die hij nu is. Rijper, vastberadener en met een voorbeeldfunctie voor zijn generatie. Het is een rol waarop hij trots is en alle consequenties van aanvaardt. In de belangstelling staan, gaat immers gepaard met verlies aan privacy. Maar in weerwil van alle hectiek zoekt hij bewust ook naar momenten om zichzelf te kunnen zijn en inspiratie te vinden.
Voor succes moet je werken. Hij weet het als geen ander. Nu zijn albums in het buitensland hun commerciële potenties hebben bewezen, is wat Gil betreft zijn doorbraak in Nederland alleen nog maar een kwestie van de kans krijgen. Want daar draait het in zijn ogen om: toegelaten worden vanwege de commerciële impact. Kille marketing dus die in schril contrast staat met het gevoelsleven dat besloten ligt in het te marketen product. Maar de tijd werkt in zijn voordeel. Door de multiculturele samenleving is er een groeiende belangstelling voor niet-westerse muziek. Hij ziet zichzelf als een wereldburger: "ik maak Kaapverdiaanse muziek, ik zing in het Kaapverdiaans, maar de muziek wordt gemaakt voor iedereen. Dat is ook mijn bedoeling. Zodat iedereen ervan kan genieten." Afgelopen zomer heeft hij gepoogd een zomerhit te scoren. Om zijn werk nog toegankelijker te maken, is er zelfs een Nederlandstalige versie van gemaakt. De release werd ondersteund met een in de Rotterdamse binnenstad opgenomen videoclip. Helaas heeft het 't niet tot een zomerhit gebracht. Hij zit daar niet over in; volgend jaar beter. Onvermijdelijk moest Gils zoektocht naar waar wie hij is hem naar Afrika brengen. Kaapverdië was in de tijd van de slavenhandel een verzamelpunt voor de grote oversteek naar de Cariben en Zuid-Amerika.
Wie op Kaapverdië in zijn verleden gaat graven, komt uit in Afrika en dan met name in Guinee Bissau. De culturele lijnen van beide landen lopen daardoor dicht langs elkaar. Zij zijn voor Gil dan ook heel herkenbaar en waardevol. Daar liggen de echte roots en wat Gil betreft is het daarom nu "tijd voor Afrika". Waar plaatst dit Caribische muziek als bijvoorbeeld de Zouk? Voor Gil is de Caribische muziek niet meer dan één van zijn vele bronnen van inspiratie. Maar deze inspiratie ligt net een nuance anders en gaat minder diep dan inspiratie uit roots. Onomwonden stelt hij: "Ik heb invloeden van Zouk, maar eigenlijk maak ik helemaal geen Zoukmuziek." En wat het dan wel is? Gewoon, langzame Caboswing. Als je wilt, kan je er Zouk op dansen. En daarmee is wat hem betreft de kous af. Gil Semedo lijkt geen incident of fenomeen. Hij is veeleer een exponent van de hedendaagse realiteit. In Kaapverdië heeft vrijwel iedereen familie in het buitenland. De jongeren die in het buitenland opgroeien hebben één specifieke binding: hun Kaapverdiaanse achtergrond. Gil is iemand die dat vertegenwoordigt. Die daarover zingt. Maar hij is niet de enige. Een hele generatie muzikanten groeit zo op.
Vorig jaar nog veroverde de eveneens in Rotterdam opgegroeide Susanna Lubrano de prestigieuze Kora All African Music Awards, de Afrikaanse tegenhanger van de Grammy Awards. Vermoedelijk zullen in Rotterdam daarom nog vele andere muzikale schatten te vinden zijn.
|