In een notendop
Hij is muzikant, componist, schrijver, acteur, advocaat, politicus, en Ambassadeur van de Verenigde Naties tegen het racisme. Een zeer veelzijdig man dus.
Zijn stijl wordt ook wel ‘salsa intelectual’ (intellectuele salsa) genoemd en in veel landen kent men hem als ‘el poeta (dichter) de la salsa’. Hij geldt als een van de meest succesvolle en productieve singer-songwriters van Spaans-Amerika. Sinds de jaren zeventig heeft hij meer dan 20 albums opgenomen. En dat is exclusief de 15 albums van andere artiesten waarop hij als gast een bijdrage levert. Maar dan hebben we het alleen over de kwantiteit. Dat het ook goed zit met de kwaliteit blijkt wel uit de 8 Grammy’s in zijn prijzenkast. Rubén is bovendien een meer dan verdienstelijk acteur gebleken. Zijn naam prijkt op de aftiteling van tientallen films en diverse tv-series. In 1994 nam hij deel aan de presidentiële verkiezingen in Panama. Hij eindigde als derde met 20 procent van de stemmen. Tien jaar later steunde hij de kandidatuur van Martín Torrijos, die wél als winnaar uit de strijd kwam. Onder zijn bewind heeft Rubén Blades van 2004 tot 2009 de post van Minister van Toerisme bekleed.
Begin
Net als bij een goede pizza is de basis belangrijk. Rubén is geboren in Panama, maar zijn ouders kwamen uit Colombia en Cuba. Beiden maakten muziek. Zijn Cubaanse moeder speelde piano en zong, en zijn Colombiaanse vader was percussionist. Er klonk dan ook altijd muziek door het huis. Ook oma Blades woonde bij het gezin en zij was degene die Rubén een sterk rechtvaardigheidsgevoel bijbracht. Dat gevoel begon flink op te spelen toen er in 1964 doden en gewonden vielen tijdens protestacties rond het Panamakanaal. Rubéns vertrouwen in de Verenigde Staten krijgt een flinke knauw.
Hij ging rechten studeren aan de Universiteit van Panama en doorliep na voltooiing van die studie ook de Harvard Graduate Law School, waar hij in 1985 afstudeerde.
Via de postkamer naar het podium
Tijdens zijn studie in Panama nam hij al een eerste album op met Pete Rodríguez. Ook werkte hij mee aan een album van de Panamese groep Los Salvajes del Ritmo. Het grote werk liet echter nog even op zich wachten. Dat kwam later, toen hij voor het tweede deel van zijn rechtenstudie in New York terecht was gekomen. Om in ieder geval maar bij het muziekwereldje te horen, solliciteerde hij bij de beroemde platenmaatschappij Fania. Hij werd aangenomen op de postkamer, de perfecte plek om met iedereen binnen het bedrijf in contact te komen. Het duurde niet lang voordat Richie Ray en Bobby Cruz, Ismael Miranda, Roberto Roena en Bobby Rodríguez nummers zongen die door Rubén waren geschreven. Zijn grote kans kwam toen Ray Barreto vervanging zocht voor een van zijn zangers. Rubén deed auditie en werd aangenomen. Hij had zijn plek op het podium veroverd.
Willie
In 1977 begon Rubén een intensieve samenwerking met de New Yorkse trombonist en muziekproducent Willie Colón. Een bijzonder vruchtbare samenwerking, die jaren zou duren. De arrangementen van Willie Colón combineerden goed met de verhalende teksten van Rubén Blades over de belevenissen van Latijns-Amerikaanse emigranten in de Big Apple.
Met het nummer Pedro Navaja op het album Siembra schreven ze zo’n beetje geschiedenis. Met het verhalende karakter, de langzaam opgebouwde, mysterieuze spanning en de uiteindelijke ontknoping, week dit lied sterk af van het bestaande stramien. Dat was immers gebaseerd op dansbaarheid en eenvoudige, repetitieve teksten. Pedro Navaja maakte daarom heel wat los. Er werden zelfs toneelstukken en salsaopera’s op gebaseerd. Ook het anti-materialistische nummer Plástico van hetzelfde album leidde tot de nodige be-roering. Maar dat was nog maar het begin. De samenwerking tussen Colón en Blades zou nog meer juweeltjes voortbrengen, zoals Maestra Vida, een soort gezongen hoorspel over het leven van een Latijns-Amerikaans gezin. Er volgden nog een aantal albums, totdat Rubén in 1983 solo verder ging.
Seis del Solar
Onder een nieuw platenlabel vormde Rubén het sextet Los Seis del Solar. Een formatie met piano, synthesizer, bas, ritmesectie en vibrafoon, maar zonder trombones. Hiermee nam hij drie zeer succesvolle albums op, waarvan Escenas zelfs werd bekroond met een Grammy. In de daarop volgende periode werd hij ook steeds actiever als acteur. Hij speelde in meerdere films en maakte een muzikaal uitstapje naar de pop rock met het Engelstalige album Nothing but the truth.
Son del Solar
In 1988 keerde Rubén weer terug naar de meer traditionele salsa met Son del Solar. Een volwaardig orkest met een flinke blazerssectie, waarvan het geluid deed denken aan de succesvolle samenwerking met Willie Colón. Met dit orkest maakte hij drie succesvolle albums, voordat hij in 1995 weer samen met Willie aan de slag ging. Met hem nam hij het album Tras la tormenta op.
Experimenten
Met La rosa de los vientos sloeg Rubén in 1996 opnieuw een andere weg in, weg van de pure salsa. Veertien van de zestien nummers op dit album waren geschreven door de Panamese muzikanten met wie hij samenwerkte. De variëteit aan verschillende stijlen (cumbias, rumba fusion, funk, ballads) baarde de salsapuristen zorgen, maar het album leverde Rubén wel een Grammy op (Best Latin Artist).
|